Iedereen heeft hersens, die grijze massa, netjes ingepakt onder ons schedeldak, toch werken ze allemaal net even anders. Grof gezien bestaan onze hersenen uit twee helften, in het midden verbonden met elkaar. De twee hersenhelften bevinden zich, hoe handig, aan de linker- en rechterkant van ons hoofd. Beide helften beheersen andere functies: de linkerhelft regelt o.a. de taal, de rechterhelft het beeld.
Als pasgeborene ervaren we de wereld voornamelijk vanuit onze rechterhersenhelft. We zien, horen, proeven de wereld om ons heen. Vanaf een maand of zes pas begint de taalontwikkeling op gang te komen. Hier beginnen voor de buitenwereld de eerste tekenen zichtbaar te worden of ’n kind ’n taaldenker of beelddenker is.
In de maatschappij waarin we leven worden we maar al te vaak onderverdeelt in vakjes en kwalificaties als ‘normaal’ en ‘afwijkend’, terwijl we allemaal ‘normaal’ én ‘afwijkend’ zijn. Taaldenkers zijn afwijkend van beelddenkers, neurodiversen wijken af van neurotypischen. Het is maar van welke kant je kijkt, wat je als ‘normaal’ beschouwt.
Dat een groep mensen die bepaalde eigenschappen deelt, in de wereld dominanter aanwezig is, maakt ze niet ‘normaal’, verheft ze niet tot een zekere norm en zeker niet een waaraan we allemaal zouden moeten voldoen! We zouden veel voorzichtiger moeten zijn met hoe en wanneer het woord ‘normaal’ als kwalificatie en label in te zetten in ’n wereld waarin we allemaal net zo ‘normaal’ als ‘afwijkend’ zijn.
Zo zijn er kinderen en volwassenen met dyslexie voor wie leren uit boeken ’n soms onoverkomelijk uitdaging is. Geef ze echter een set gereedschap en ze maken de mooiste voorwerpen uit het niets; nog niet bestaande technisch apparaten, voertuigen of prachtige kunstwerken. Ieder kind en iedere volwassene heeft een eigen unieke combinatie van vaardigheden en dingen die ze minder makkelijk afgaan. Wie ’n vis wil leren bomen beklimmen, krijgt ’n heel ongelukkige vis en wordt zelf ook niet blij. Maar help een vis de beste vis te zijn, dan steek je zelf nog ook heel veel op over onder water leven.
Daarom vandaag deze prachtige ontmoeting tussen taaldenker Jordan Bernt Peterson (1962, Canadees klinisch psycholoog, schrijver, cultuurcriticus en emiritus hoogleraar in de psychologie aan de Universiteit van Toronto) en beelddenker Temple Grandin (1947, Amerikaanse zoöloog en bekend hoogbegaafd persoon met autisme, hoogleraar aan de Colorado State University en professioneel ontwerper van ‘diervriendelijke’ slachterijen. In 2010 verscheen er een biografische film over haar leven. Zij is een van de bekendste autistische vrouwen en heeft juist door haar autisme grote invloed gehad in de agrarische industrie. Ze heeft vele boeken geschreven over dierenwelzijn in de agrarische industrie en over de ontwikkeling van autisme in kinderen en volwassenen. Ze geeft lezingen over de hele wereld over haar werk.